Stigchel, Stefan van der | Zo werkt aandacht

Voor je deze recensie gaat lezen, verplicht ik je het bovenstaande youtubefilmpje te bekijken.

Zo werkt aandacht - Stefan van der StighelZo, nu je het onderwerp zelf hebt ondergaan, snap je de relevantie van dit boek en dat aandacht niet altijd een goede waarneming oplevert.

Wat uitgeverij Maven goed doet, is wetenschappelijke onderwerpen aantrekkelijk maken. Dit keer mag Stefan van der Stigchel het onderwerp ‘aandacht’ bespreken. Hij geeft goed inzicht in waarom we zaken om ons heen opmerken of juist niet. En veel, heel veel voorbeelden van opmerkelijke onderzoeken en experimenten. Bijvoorbeeld: iemand wordt geholpen aan een balie. De baliemedewerker duikt even onder de balie om iets te pakken, maar een vervangende medewerker komt overeind. 75% procent van de mensen heeft dat niet door. Dat komt doordat we gefocust zijn op de handeling, niet op de persoon die er staat.

Efficient

Onze zintuigen zijn namelijk erg efficiënt. Ze pikken het stukje informatie dat we nodig hebben feilloos op, maar negeren vrijwel alle andere informatie die ook op ons afkomt. Bijvoorbeeld als we autorijden. Waarschijnlijk zien we de witte lijnen aan weerszijden van de weg en de auto die een eindje voor ons rijdt. Maar een heleboel ander informatie ontgaat ons, simpelweg omdat de informatie irrelevant is. Van der Stigchel begint zijn boek dan ook met een voorbeeld uit het verkeer: de Coentunnel. Sinds die heropend is in 2014 en er een speciale wisselbuis in zit, zijn er al ettelijke (dodelijke) ongevallen gebeurd. Verschillende bestuurders merkten de dikke, rood-witte slagboom niet op en reden er frontaal tegenaan. Onvoorstelbaar, zou je zeggen, zo’n ding zie je toch? Toch zijn de ontwerpers er niet in geslaagd de Coentunnel en die slagboom zo vorm te geven dat de aandacht wordt gevestigd op het al of niet in gebruik zijn van die wisselbuis.

Een ander aspect van aandacht is dat onze ogen maar een heel klein deeltje hebben dat scherp ziet. Hou je ogen maar eens gericht op de foto van de cover hier linksboven aan, en probeer zonder je ogen te bewegen te lezen wat er rechts naast staat. We leven met de illusie dat we alles heel scherp kunnen zien, maar in feite is dat maar een heel klein beetje. Onze hersenen vullen het deel dat we niet scherp zien op basis van ervaring in.

Al met al een heerlijk boekje over de werking van onze waarneming. Leerzaam!

Angot, Christine | Een onmogelijke liefde

Een onmogelijke liefde - Christine AngotAutobiografische verhalen verkopen goed, zeker wanneer het een schokkend verhaal is. De hoofdpersoon in het verhaal van Christine Angot heet ook Christine Angot. Autobiografisch, is dan je eerste gedachte. Maar het staat nergens op of in het boek, er is geen persoonlijke noot van de schrijver, geen voorwoord, geen nawoord. De schrijver moet duidelijk iets over zichzelf kwijt, maar mengt dat met fictie en vermijdt het daarom autobiografisch te noemen.

Een onmogelijke liefde, zo heet het laatste boek van de Franse Christine Angot. Het begint met een idylle: twee gelijkgestemde zielen vinden elkaar, vullen elkaar in alles aan en raken voor altijd aan elkaar verknocht. Maar: Pierre wil niet trouwen. Hij, van goede afkomst, is niet uit dat hout gesneden, zegt hij. Rachel, joods en van lage komaf, vindt het allemaal best, zolang Pierre maar bij haar blijft. Maar zijn carrière brengt hem door heel Frankrijk en het aantal ontmoetingen wordt steeds minder. Rachel raakt echter wel zwanger van hem. Ze stelt hem op de hoogte, maar hij toont weinig belangstelling, laat staan dat hij besluit met haar te trouwen. Sterker nog, hij weigert aanvankelijk het kind zijn naam te laten dragen. Pas na lang aandringen erkent hij zijn dochter en geeft hij haar het recht zijn naam te gebruiken. Rachel houdt hoop dat hij ooit volledig voor haar zal kiezen, maar dat blijkt ijdele hoop als hij meldt getrouwd te zijn. Toch blijft ze erop aandringen dat vader en dochter met elkaar om blijven gaan, in de hoop op goede kansen voor haar dochter. Een vergissing, zo blijkt, want zijn minachting voor haar gaat zo ver dat hij zich aan zijn dochter vergrijpt. Het leidt tot een onmetelijke en schijnbaar onoverbrugbare afstand tussen moeder en dochter.

Een verschrikkelijk verhaal, met de dochter als lijdend voorwerp. Je zou een melodramatisch verhaal verwachten, maar niets is minder waar. Het verhaal wordt uit het perspectief van de moeder verteld. Al haar handelingen worden beschreven en het lijkt allemaal logisch wat ze doet. De schrijfster toont al haar begrip voor de keuzes van de moeder en is af en toe zelfs bewonderend, bijvoorbeeld over haar moeders reactie nadat hij vertelde getrouwd te zijn: ‘Ze heeft niet gehuild waar hij bij was. (…) Hij probeerde haar te strelen. Ze duwde hem weg. Hij bleef aandringen. Ze heeft hem bij ons thuis laten overnachten. Maar vroeg in de ochtend: “Nu ga je weg!”‘

Het boek is vooral een onderkoelde analyse van wat er allemaal is gebeurd. Op momenten doet de schrijfster me denken aan Marga Minco, zo’n afstand tot het erge, zo’n koelte in het vertellen. Het lijkt erop dat de schrijfster erop is gebrand om erachter te komen hoe het allemaal heeft kunnen gebeuren, waarom haar vader deed wat hij deed, waarom haar moeder deed (of juist niet deed) wat ze moest doen. Vader komt er erg slecht vanaf: ‘Het draaide allemaal om afwijzing. je werd afgewezen vanwege je (joodse, red.) identiteit. En die afwijzing ging zo ver dat hij je dochter dat heeft aangedaan.’ Maar ook moeder krijgt het voor de kiezen, als de dochter haar verwijt haar in de steek te hebben gelaten en niets te hebben gezien.

Angot schrijft prachtige, strakke literatuur. In Frankrijk is ze veelgelauwerd en razend populair. De vraag is waarom dat in Nederland niet het geval is. Misschien heeft het thema incest, dat in haar oeuvre zo’n belangrijke plek inneemt, ermee te maken. Dat is nou niet direct een thema waar je voor je lol induikt. Misschien is het de Franse entourage met de voor ons bijna onvoorstelbare hiërarchische verhoudingen die daar nog volop in zwang zijn. Misschien is het onbekendheid. Hoe dan ook: aan de kwaliteit ligt het niet. Geweldig boek.

Genovesi, Fabio | Wat de golven brengen

Fabio Genovesi - Wat de golven brengen‘Als je van te voren was gevraagd wat verdriet is, had je gezegd: het is een boosaardig beest dat je bespringt en je krabt, je bijt, je verscheurt. Dat was dan bullshit geweest. (…) Echt verdriet komt niet vanuit een bepaalde plek, het omringt je als een woelige zee, een diepe donkere zee vol huizenhoge golven die van alle kanten op je afkomen. De stroming trekt je een beetje hierheen en daarheen, dan komt er een hogere golf die je onderuit haalt en je gaat kopje-onder, en je krijgt geen lucht en je weet niet meer waar je bent, waar de bodem is en waar de oppervlakte, en wat voor zachte, glibberige dingen zich daar aan je polsen en je benen vastzuigen en je naar beneden trekken, (…) terwijl de zee je blijft vasthouden in zijn omhelzing die je keel dichtknijpt, die zwaar op je borst drukt, je meevoert naar de bodem.’

Fabio Genovesi is niet zo bekend in Nederland. Zijn vorige boek, Vissen voeren, werd geen heel groot succes. Zijn tweede roman, Wat de golven brengen, is door uitgeverij Signatuur beeldschoon hardcovered uitgebracht. De coverfoto ademt geluk, vakantie en zorgeloosheid. Signatuur heeft een neusje voor buitenlands werk, want ze brachten onder anderen Carlos Ruiz Zafón, Charles Lewinsky en Stieg Larsson naar Nederland. Genovesi had de volgende in dat rijtje kunnen zijn. Hij is het niet.

Luca is zo’n jongen bij wie alles lukt. Hij heeft vrienden bij de vleet, is populair bij de leraren, z’n moeder en zus zijn dol op hem en hij kan alles wat hij maar probeert. Zijn moeder houdt hem dan ook het het liefst dicht bij haar in de buurt, maar op advies van een leraar Engels gunt ze hem de kans om op surfkamp te gaan, alwaar de tragiek zich voltrekt: Luca verdrinkt.

Een ramp voor Serena, z’n moeder, voor Luna, het albino-zusje dat letterlijk en figuurlijk in de schaduw leeft, maar ook een ramp voor Sandro, de leraar Engels. Hij had al een oogje op de alleenstaande moeder van Luca en nu, verteerd door schuldgevoel, voelt hij dat hun lot verbonden is en probeert hij op nogal ongelukkige wijze een relatie met haar aan te gaan.

Tot zover het tragische deel, want het betreft hier een tragikomedie. En dat is altijd een moeilijk genre, want de lezer moet schakelen van het verdriet naar de relativerende lach. Op zich kan dat heel goed werken, maar de puberale toon die Genovesi treft is nog platter dan plat. Die lijn wordt vooral uitgewerkt met vrouwen versieren, onderbroekenlol (er wordt twee keer iemand ondergeplast), bier drinken, een lijk in een vrieskist, grof taalgebruik en ga zo maar door. Zo jammer, want Genovesi kan echt wel schrijven, getuige de intro van deze blog. Nu kan ik het boek niemand aanraden.

Singer, Randy | Theofilus

Randy Singer - Theofilus‘Het eerste boek heb ik gemaakt, o Theófilus, over alles wat Jezus begonnen is te doen én te onderwijzen’ (Handelingen 1:1). Het is deze Theofilus die  Randy Singer centraal stelt in zijn boek dat ook naar deze man vernoemd is.

We maken kennis met Theofilus terwijl hij nog een jonge student is en onderwezen wordt door een van Romes grootste en invloedrijkste onderwijzers, de leraar Seneca. Hij valt ook dan al op vanwege zijn besef dat het zijn plicht is op te komen voor de rechtvaardigheid en de plek van de zwakkere in de maatschappij. Hij wordt opgeleid tot jurist en zijn eerste aanstelling is in Judea, als adviseur van Pontius Pilatus. Allerlei rechtszaken komen langs en Randy Singer geeft een duidelijk beeld van het type regent dat Pilatus (een voormalig legercommandant) was, in contrast met Herodes, die veel meer politiek gevoel had. Uiteraard is Theofilus ook getuige van de meest ingrijpende rechtszaak uit de loopbaan van Pilatus: die van Jezus. Maar daar houdt het niet op, want Theofilus wordt naar Rome geroepen om daar de verdediging te voeren van een verdacht gemaakte senator. Daarmee  neemt hij het feitelijk op tegen de keizer, die ‘verdeel en heers’ als belangrijke strategie hanteert onder zijn senatoren.

Dan begint het boek pas goed, want Singer heeft op een intelligente manier Theofilus verweven in de historische gebeurtenissen in Rome tijden het vroege christendom en de reizen van Paulus. Het boek loopt uit op de situatie waarin Theofilus Lucas, een trouwe metgezel van Paulus, vraagt de zaken ordelijk op te schrijven, wat het boek Handelingen oplevert.

Randy Singer kennen we vooral van zijn juridische thrillers. Met dit werk begeeft hij zich dus deels op nieuw terrein. Het juridisch deel, de retoriek van de rechtszaal en de politieke steekspellen beheerst hij goed. Het neerzetten van een echt sfeerbeeld van die tijd is minder zijn stiel. De geuren, de kleuren, de geluiden krijgen de lezer niet echt in het oude Rome. Het blijft een beetje de cleane omgeving zoals we dit uit de huidige advocatuur kennen. Maar er blijft genoeg interessants over. Singer vlecht historie handig door zijn verhaal, citeert Seneca en andere historische figuren op gepaste momenten en creëert geloofwaardige figuranten.

Dicker, Joël | Het boek van de Baltimores

Joël Dicker - Het boek van de BaltimoresJoël Dicker kennen we nog van De waarheid over de zaak Harry Quebert. Daar verdiende hij al het predikaat uitstekend mee, maar je denkt dan nog aan geluk of toeval. Dat maakt het tweede boek dus erg belangrijk. Het is Het boek van de Baltimores geworden.

Het is een familiegeschiedenis, maar één die je niet vaak tegenkomt. Hoofdpersoon Marcus Goldman (ja, dezelfde als uit De waarheid over de zaak Harry Quebert) groeit op als kind van de arme tak van de familie Goldman in Montclair. Er bestaat voor hem geen groter genot dan op bezoek gaan bij zijn familie in Baltimore, die leven in weelde, voor wie de zon altijd schijnt, voor wie iedereen de lovende woorden heeft, waar het geld in overvloed rolt. Stiekem wenst Marcus Goldman dat hij in die tak van de familie geboren zou zijn.

Op bezoek bij de Goldmans uit Baltimore ontmoet hij zijn neef, Hillel. Deze jongen, briljant als hij is, heeft het niet makkelijk op school. Zijn vader helpt Woody, een straatschoffie en vechtersbaasje, die vervolgens uit sympathie optreedt als beschermer van Hillel. De twee worden vrienden voor het leven en al snel wordt Woody liefdevol opgenomen in het gezin Goldman en mag hij delen in alle privileges. Zolang de twee samen naar school gaan, is er niets aan de hand. Maar zoals dat gaat met instituten, lopen de twee tegen onmogelijkheden aan en ontstaan er problemen, die culmineren en uitlopen op een drama.

Neef Marcus vertelt dit allemaal in retrospectief, met een gevoel van spijt. Terwijl hij schrijft is er van de Goldmandynastie weinig meer over en is er van de veelbelovende toekomst niets terecht gekomen. Door toeval komt hij wel zijn grote liefde tegen, waardoor hij steeds meer details over vroeger boven tafel krijgt.

Het vorige boek van Dicker is door literaire recensenten nogal zuur besproken. Dicker zou de klasse missen om echte literatuur te schrijven, zich veel bedienen van clichés en geen grote thema’s bespreken. Het is maar welke meetlat je gebruikt. Wie op zoek is naar een meeslepend verhaal voor bijvoorbeeld op een vakantie, kan niet om Dicker heen. Zowel Quebert als De Baltimores zijn heerlijk om te lezen. En de plots zijn wel degelijk origineel en heel anders van wat andere ‘groot-publiek-boeken’ brengen. En ook al worden de thema’s niet uitputtend verkend, het boek bespreekt wel degelijk thema’s als jaloezie, liefde, schrijverschap en hoe het zelfbeeld van de meeste mensen zelden accuraat is.

Lapidus, Jens | Stockholm delete

Stockholm, delete - Jens LapidusEen beginnend crimineeltje. Een ex-crimineel. een jonge advocaat. Drie levenslopen die eerst uiteenlopend waren, die nu ineens in elkaar lopen, alsof iemand een vork in de spaghetti heeft gestoken en rustig begint te draaien. Plaats: Stockholm. Delict: moord. De verdachte: een keurige jongeman die in de buurt van de moord is gevonden, maar in comateuze toestand verkeert. Het zijn de ingrediënten die Lapidus samenbrengt in het spaghetti-incident dat Stockholm delete mag heten.

Emelie Jansson is zojuist afgestudeerd als advocaat en gaat een glansrijke carrière tegemoet bij een groot advocatenkantoor. Haar baas ziet het helemaal in haar zitten. Maar dan krijgt ze een telefoontje: een verdachte van een moord heeft haar naam genoemd als haar advocaat. Probleem: het bedrijf waar Emelie werkt staat niet toe dat het personeel strafzaken doet. Toch is er iets waardoor ze zich niet los kan maken van de zaak en zo houdt ze tamelijk kansloos twee levens overeind. Ze gaat op bezoek bij de verdachte en die brengt in een korte vlaag van bewustzijn de naam van Teddy Maksumic.

Teddy is al jaren uit de bak en scharrelt zijn kostje bij elkaar als privé-detective. Hij moet een rijke whizz-kid schaduwen op zoek naar compromitterende informatie, zodat het bedrijf van de whizz-kid een stuk goedkoper kan worden overgenomen. Leuk vindt hij het niet, maar hij wil zeker niet terug naar het leventje dat hem in de bak deed belanden voor een misdaad waarvan hij maar half de schuld heeft. Daarnaast wil hij er zijn voor zijn neefje Nikola.

Nikola komt juist vrij uit de bak en wil nu eindelijk man worden. Hij heeft streetcredibility door zijn tijd in de bak, hij heeft de kennissenkring en hij heeft tijd zat. Binnen de kortste keren krijgt hij een klus toebedeeld van de groep waar hij bij hoort. Maar kort daarop gaat het al mis: hij laat een concurrerende crimineel die hij onder schot heeft wegkomen en valt in ongenade. Hij kan zijn schuld afkopen met veel geld en de naam van de concurrent.

Een mooi in elkaar gezet verhaal van Jens Lapidus. Het is geen vreselijk ingewikkeld verhaal geworden en er zitten een aantal elementen in die het altijd goed doen in een thriller: de losgeslagen good guy die niets te verliezen heeft, de jonge advocaat die de link met het rechtssysteem vormt en de door-en-door slechte criminele bende en de  liefde, oh, de liefde. Het verhaal verliest geen moment tempo en de krap 500 pagina’s zijn zo gelezen.

Wat wel een vervelend aspect is, is het taalgebruik. De jonge Nikola is, zoals gezegd, een kruimeldiefje dat zijn best doet bij de grote jongens te horen en bewijst dat vooral met een mond vol grof taalgebruik. Ook zijn vrienden bedienen zich van de taal van de straat en dat maakt dat de lezer om de haverklap een vloek moet lezen. Literair, heet dat dan. Dat is het absoluut niet, maar qua verhaal vind ik het echt wel een van de betere!

Heaberlin, Julia | Black Eyed Susans

Black Eyed Susans - Julia Heaberlin1996. Een seriemoordenaar vermoordt een meisje en gooit haar bovenop een stapel lijken in een kuil in een veld vol Black Eyed Suzans. Maar Tessie, zoals zijn laatste slachtoffer heet, is niet dood. Ze ligt met haar mond vol zand en haar ogen wijd open te staren, recht in het halfvergane gezicht van een van de eerdere slachtoffers. Een ervaring zo shockerend dat ze meent dat ze de dode meisjes hoort spreken en haar vragen om niet te rusten voor de moordenaar achter slot en grendel zit.

Heden. Tessa, zoals de volwassen Tessie zich noemt, is inmiddels een werkende moeder die als binnenshuis architecte haar brood verdient. Er is inmiddels iemand veroordeeld voor de zaak uit 1996, en deze persoon zit in de dodencellen en zijn dood is aanstaande. Tessa heeft twee hele goede vrienden. De een is een mensenrechtenactivist en de ander een officier van justitie. De mensenrechtenactivist vraagt zich af of ze de juiste man te pakken hebben en brengt Tessa aan het twijfelen. Daar komt nog bij dat Tessa op enig moment in haar eigen achtertuin een bedje vers geplante Black Eyed Susans aantreft, wat haar op het idee brengt dat dat wel afkomstig moet zijn van de seriemoordenaar, die op deze lugubere wijze aangeeft dat hij nog steeds naar haar op jacht is. Een race tegen te klok om de schijnbaar onschuldig vastzittende man te redden.

Heaberlin verwerkt, behalve een spannend verhaal, ook veel andere thema’s. Zo is Tessa moeder geworden, wat maakt dat ze behoorlijk beschermend is tegenover haar purerende dochter die daar niks van moet hebben. Ook het thema doodstraf wordt besproken: wat doe je als er gerede twijfel is gerezen? In Amerika valt er dan blijkbaar niet heel veel meer te doen, en moet je van goeden huize komen om een zaak heropend te krijgen. Het meest pregnante thema vind ik misschien nog wel de vriendschap van Tessa met haar jeugdvriendin Lydia. Meiden kunnen op een leeftijd van 16 jaar zo aan elkaar verknocht raken, dat hun levens door elkaar beginnen te lopen. Als dat dan plotseling wordt beëindigd, gaat niet elke meid daar goed mee om.

Al met al een onderhoudend verhaal van Heaberlin. De twee tijdlijnen, die ook nog eens een keer worden doorspekt met dialogen in het hoofd van Tessa en Tessie, zijn wel een beetje warrig af en toe. Koppie erbij houden als je dit boek pakt. Verder goed geconstrueerd. Je ziet het voor je hoe de jonge Tessie een getuigenverklaring in de mond wordt gelegd, waarop de man wordt veroordeeld. De spanning die de vraag of je al die jaren later nog steeds achter je getuigenis kunt staan waardoor een man gaat sterven oproept, is mooi opgebouwd. Gokje: het boek zal door dames meer gewaardeerd worden dan door mannen.

Halsema, Femke | Pluche

foto PlucheFemke Halsema naast het pluche

Op 11 januari 2011 verliet Femke Halsema de Tweede Kamer waar ze in 1998 als kersvers Kamerlid voor GroenLinks haar entree maakte. Halsema geeft in Pluche een eerlijk, voor zo ver dat voor een outsider te controleren is,  beeld van zichzelf, een interessante blik in het reilen en zeilen van de volksvertegenwoordiging en de interne besognes van GroenLinks en een soms onthutsend beeld van politici die partijpolitieke en electorale belangen wel erg bepalend voor hun handelen  laten zijn.

Tijdens haar periode als volksvertegenwoordiger heeft Halsema de samenleving drastisch zien veranderen. Ze besteedt uitvoerig aandacht aan de  moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh en de gevolgen daarvan, de paspoort-affaire rond Ayaan Hirsi Ali en de opkomst van Geert Wilders. Een economische crisis, militaire missies in het buitenland en de opeenvolgende verkiezingen omdat verschillende kabinetten hun termijn niet volmaakten, vroegen eveneens om aandacht. Ze  laat zien welke impact dit alles ook op haar persoonlijk leven heeft gehad.

Halsema beschrijft hoe haar politieke opvattingen een ontwikkeling hebben doorgemaakt.  Ze geeft aan weg te groeien bij het meer traditionele linkse gedachtegoed en stelt dat ‘GroenLinks zich moet ontwikkelen als een progressieve beweging die niet gericht is op het in stand houden van allerlei regelingen maar op het bevrijden van mensen uit elke vorm van afhankelijkheid, van de markt en van de staat’.

Ze presenteert GroenLinks meer en meer als links-liberaal en vrijzinnig met een grote nadruk op het vrije woord en de vrijheid om anders te zijn. ‘Juist in tijden dat klassieke burgerlijke vrijheden worden geofferd aan de dreiging van moslimterreur, het ideaal van culturele ontplooiing dreigt te bezwijken onder integratieproblemen en de vrijheid om anders te zijn bijna synoniem wordt aan openbare-orderisico’s is het voor GroenLinks van groot belang om haar progressieve traditie te benadrukken.´ Een uitspraak  die sinds 2004 nog niets aan actualiteit ingeboet heeft.

Halsema hecht grote waarde aan het debat, ook als je de ander niet kunt overtuigen, maar omdat het de basis van een democratische samenleving is  en treffend vond ik haar volgende uitspraak: ‘Vooral met André Rouvoet praat ik veel. Meestal passeren onze opvattingen elkaar als schepen in de nacht, maar dankzij hem leer ik dat het democratische gesprek ook waarde heeft zonder dat je elkaar vindt.’

Halsema toont zich in Pluche een gedreven, enthousiast, maar ook kwetsbaar mens. Kwetsbaar in de politiek waar je moet scoren om mee te tellen, ook als het politieke tij je niet mee zit en het regeringspluche onbereikbaar lijkt. De idealist Halsema moest het soms afleggen tegen de waan van de dag en de onmacht die ze daarbij ervaren heeft is voelbaar. Naast politica was ze ook partner, moeder, dochter en vriendin en het was zoeken naar een manier om werk en privé te combineren. Dat lukte  niet altijd en ook daarin is Halsema heel eerlijk en toont ze haar kwetsbaarheid.

Pluche is een goed leesbaar boek en het boeide mij van begin tot eind. Allerlei politieke kwesties uit een nog nabij verleden passeerden de revue en dat was een klein feestje van herkenning. De foto’s die in het boek zijn opgenomen dragen daar ook zeker aan bij. Je hoeft je niet verwant te voelen met de opvattingen van Halsema om dit boek toch met veel plezier te lezen. Een beetje interesse in de politiek komt natuurlijk wel van pas.

Grossman, David | Komt een paard de kroeg binnen

Komt een paard de kroeg binnen - David Grossman‘Twee Israëlische kolonisten en een Araboesj (scheldnaam voor Arabier) lopen door de Kashba. Ineens horen ze een luidspreker van het legere aankondigen dat over vijf minuten de avondklok ingaat voor Arabieren. Een van de kolonisten neemt het geweer van zijn schouder en jaagt de Araboesj een kogel door het hoofd. De andere kolonist staat er een beetje van te kijken. ‘Braverman, waarom deed je dat?’ Waarop Braverman hem aankijkt en zegt: ‘Luister, ik weet waar hij woont, hij was nooit van zijn leven op tijd aangekomen.”

Deze en andere keiharde grappen, sommige actueel, sommige plat, sommige al erg oud vormen het decor van de nieuwste roman van Grossman. Een cabaretier geeft een voorstelling in Netanja voor een publiek dat zich verheugt op een avond vol grappen en bijtende spot richting de vijandelijke arabieren. Speciaal voor deze avond heeft hij een oude jeugdvriend een gepensioneerde rechter, uitgenodigd. Ze zijn elkaar jaren uit het oog verloren, maar omdat de rechter bekend staat om zijn al te eerlijke oordelen, vraagt de cabaretier hem een voorstelling bij te wonen en hem te analyseren.

Maar eigenlijk begint de cabaretier vanaf minuut een zijn levensverhaal te vertellen, maar dat is helemaal niet grappig en dus helemaal niet naar de verwachting van het publiek, dat voortdurend mort en roept om grappen. Om ze te lijmen gooit de cabaretier zijn beste moppen eruit, maar kan niet voorkomen dat uiteindelijk de zaal vrijwel helemaal leegloopt.

Het is het eerste boek van Grossman nadat zijn zoon omkwam in het Israelisch-Palestijnse conflict. Hoewel het verhaal niet letterlijk gaat over het verlies van een zoon, gaat het wel over de rol van entertainment in het leven van de kunstenaar. Kan hij nog vlakweg vermaken, zonder dat de gruwelijke werkelijkheid voortdurend aan de oppervlakte komt in zijn verhaal? Stoot hij zijn publiek niet van zich af, dat helemaal niet gediend is van verdriet, diepgang of zelfkritiek?

Het is een beetje een geconstrueerd boek geworden en dat zit hem erin dat stand up comedy vaak grappig wordt door de timing en miming van de cabaretier. Dat is niet te vangen in een boek, dus het relaas van de verdrietige cabaretier komt wat mij betreft niet over, en de wisselwerking tussen artiest en publiek wil maar niet gaan leven. Maar de literaire kant van het boek, het verwerkingsproces van de cabaretier, is beeldschoon beschreven en stelt een vraag die ik niet verklap, maar waarvan ik vurig hoop dat Grossman er niet zelf mee heeft hoeven dealen, gezien de gebeurtenissen in zijn leven.

Vegt, Mirjam van der | Het naaiatelier

Mirjam van der Vegt - Het naaiatelierMirjam van der Vegt is dit jaar gevraagd het christelijk boekenweekgeschenk te schrijven. Het is een 89 pagina’s tellende novelle geworden met de titel Het Naaiatelier. Van der Vegt heeft een actuele thematiek bij de kop gepakt: het gaat over een vluchteling zonder verblijfsvergunning die zijn plekje in Nederland probeert te vinden. Jabir Fayazi heet hij.

In zijn geboorteland Afghanistan werkte hij bij een naaiatelier. Van een normale arbeidsrelatie is geen sprake: de kleermakerswinkel aldaar is van zijn oom, die wel degelijk de creatieve kwaliteit van zijn neefje herkent, maar die vooral uitbuit ten faveure van zijn eigen zoon. Deze zoon treitert zijn neefje tot gekmakend toe en gaat zelfs zo ver dat de moeder en zus van Jabir buiten zijn bereik worden gebracht. De vader van Jabir leeft al niet meer. Het draait erop uit dat Jabir niets beters weet te doen dan vluchten naar Nederland, waar zijn talent wel herkend wordt in een naaiatelier. Daar heeft hij jarenlang een rustig bestaan, tot zijn verleden hem weer inhaalt.

De thematiek is zoals gezegd actueel. Dat kan de lezer het gevoel geven een programmatisch verhaal te lezen, omdat hij dagelijks over deze thematiek een standpunt moet innemen. Daarnaast weet de hedendaagse lezer heel veel nuances van deze problematiek en is een novelle te kort om daar recht aan te doen. Ik zou er vanaf zijn gebleven. Maar qua verhaal is het mooi in balans. Er zijn verschillende verhaallijnen, mooie symbolen (de onschuldige kwartels die met Jabirs schaar worden gedood) en goede sfeerbeschrijvingen (zowel de Afghaanse als de Nederlandse).

De boodschap vind ik een mooie plek krijgen in het boek. Subtiel wijst Van der Vegt erop dat liefde de oplossing is in een conflictueuze wereld. Die conflicten zitten overal: in Afghanistan, in Nederland, maar ook in het hart van Jabir.

Van der Vegt heeft een kalme stijl van vertellen. Dat kan prachtig onderkoeld uitpakken, maar dat doet het hier niet. Het blijft wat vlak allemaal, ook al is de thematiek best heftig. Ik wijt het andermaal aan de beperkte ruimte die een novelle biedt. Om empathie voor een hoofdpersoon op te vatten, moet je eerst van hem gaan houden. Daar had Van der Vegt wel iets meer in mogen investeren, in de Nederlandse Jabir. Een dikke voldoende dus voor Van der Vegt, maar ook wel dat vervelende gevoel dat we al zo lang geen tien meer hebben gehad.