Klein Haneveld, Johan | De Krakenvorst boek 1: Keruga

Johan Klein Haneveld, auteur van onder andere het non-fictieve werk De loser die wint (2015), heeft met De Krakenvorst een volgende stap gezet. Schreef hij al eerder sciencefictionromans, nu is de fantasyroman aan de beurt. En ook deel 2: Kartaalmon is inmiddels uitgekomen. Naast deze schrijverij is Klein Haneveld auteur van korte verhalen in het sciencefictiongenre, is hij eindredacteur van het Tijdschrift voor Diergeneeskunde en is hij behalve dol op zijn vrouw, gek van vissen en aquariums. Je zou met recht kunnen zeggen dat hij een zeer veelzijdig mens is. Ook heeft hij al diverse prijzen en nominaties in de wacht weten te slepen. .

In De Krakenvorst, boek 1, volgen we de levens van een aantal jonge mensen: Alecia, priesteres in opleiding, Tarid, half mens, half Hirita en Frelik, een jonge jongen op de vlucht voor de vijand. De levens van hen zullen, je voelt het al aan, vanzelf ineen worden gevlochten. Aan het einde van boek 1 zijn Frelik, Tarid en Peritar al bij elkaar gekomen. Elk van deze personages heeft zo zijn/haar eigen problemen, vragen en worstelingen. Keuzes maken en de consequenties dragen van die keuzes, daar draait het allemaal om. In Keruga, het priesterdom, leren we Alecia kennen. Ze worstelt met de strenge leer van de priesters. Brengen alle wetten en regeltjes echte vrijheid? Hoe verhouden deze zich ten opzichte van de Almachtige zelf? Als priesteres in opleiding zal ze een nacht doorbrengen voor de Spiegel der Dromen. Hier ontvangt ze een visioen over een gigantische inktvis die zijn tentakels spreidt over de hele wereld. Deze inktvis wordt de Kraak genoemd. Dan is er nog de Krakenvorst, een demonische heerser die het volk hoge belastingen oplegt. Dit noopt vele mensen tot wanhopige maatregelen. Alecia gaat haar boodschap overbrengen bij de koning van Kartaalmon. Hier wordt ze geconfronteerd met tegenwerking en ze wordt gedwongen te vluchten. Op dat moment vallen vijandelijke legers van buiten het koninkrijk Kartaalmon aan: de zwarte rovers (monsters) vallen de burgers aan van het koninkrijk.

Klein Haneveld weet de sfeer in zijn boek goed te beschrijven: uitgebreide natuurbeschrijvingen en gedetailleerde informatie over mensen en plaatsen liggen hieraan ten grondslag. Hij mag wel proberen om niet te lang uit te weiden hierover, zijn kracht is ook een valkuil. Interessant, boeiend zelfs, is dat hij de thematiek en de boodschap van zijn non-fictieve werk De loser die wint laat terugkomen in een fantasyverhaal. Het staan in een religie waarin je beknot wordt door regels en wetten, al dan niet schriftelijk vastgelegd, leidt niet tot echte christelijke vrijheid. De auteur zet zich hier (terecht?) tegen af. Met name het eerste gedeelte van het boek gaat hierover. Alecia worstelt hiermee en ontvlucht uiteindelijk het priesterdom. Dat heeft veel te zeggen.

De Krakenvorst laat zich lezen als een soort parabel, een gelijkenis. Veel symbolen, motieven ontleend aan het christelijke geloof vind je terug in het boek. De kerkdienst die Alecia bijwoont in het begin van het boek doet denken aan kerkdiensten waarin de dominee bekende klanken uitgiet over de hoofden van de gemeenteleden, maar die ten diepste langs je heen gaan. Een wezenlijk gevaar! Het wettische geloof tegenover het staan in de christelijke vrijheid komt diepgaand aan de orde:

‘Als iemand zich niet houdt aan de geboden, moet hij daar op worden gewezen. “Hij heeft gerechtigheid lief”, staat in hetzelfde boek. ‘En gerechtigheid staat gelijk aan het gehoorzamen van regels?’ vroeg Forina ontsteld. ‘Zoals het op tijd in de dienst komen?’ Manila knikte. ‘Op die manier dienen we de Almachtige. (…) “Geboden zijn er niet voor niets. Wie de kleine vergeet, houdt zich ook niet aan de grote”.

‘Ik voel me opgesloten, alsof ik vastzit in kettingen, die langzaam strakker worden. Alles waardoor ik tot leven kom, mijn eten en drinken, moet ik van de priesters wegdoen. Geen plezier, geen vrienden, alleen hun regels en hun boeken. Maar ik wil vrij zijn. Ik wil reizen, mensen ontmoeten, de wereld zien…’

Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat mensen zich hierin, helaas, zullen herkennen. Dat deze worsteling serieus genomen wordt door een fantasyschrijver als Klein Haneveld, is een troost. Invoelend, meelevend verwoordt hij die geestelijke strijd omdat hij zelf erdoorheen gegaan is. Ik roep een ieder op om De loser die wint te lezen en daarna zijn tweeluik over De Krakenvorst.

 

 

Cronin, Justin | De oversteek

De ‘Justin Cronin-bijbel’ is bijna gereed. In januari 2017 zal deel 3 verschijnen: De stad van spiegels. Met dit boek zal zijn Oversteek-trilogie af zijn. 3 delen goed voor ruim 2200 pagina’s. Ga er maar aan staan! Justin Cronins dochtertje wilde dat pappa een boek zou gaan schrijven met in de hoofdrol een meisje. Dat is gebeurd. Met het schrijven van deze recensie waan ik me opnieuw in de surrealistische en (post)apocalyptische wereld voor, tijdens en na de uitbraak van een enorm dodelijk virus. Hier de neerslag van het lezen van zijn eerste boek uit de trilogie: De oversteek. (2010)

In De oversteek staat voorin aan wie Cronin zijn boek opdraagt: ‘Voor mijn kinderen, geen nare dromen.’ Om op de volgende bladzijde met deel 1 van dit boek te starten: ‘De ergste nachtmerrie van de wereld’. Een grotere tegenstelling is niet denkbaar. Cronin sust de lezer in eerste instantie bijna in slaap met zijn ‘opdracht aan’ om vervolgens genadeloos toe te slaan met de ‘ergste nachtmerrie’. De toon is gezet, de lezer kan aan het werk! Cronin opent het eerste hoofdstuk met een literaire omlijsting, namelijk met Sonnet 64 van William Shakespeare. Ik citeer het eerste stukje: ‘Zie ik, hoe fel de hand des Tijds de pracht / En praal verdierf van lang begraven tijd, / Hoe trotsche torens zijn ten val gebracht.’

Het lieve kleine meisje, Amy Harper Bellafonte ( hoofdpersoon), wordt direct geïntroduceerd door de auteur: ‘Voordat ze het Meisje zonder Verleden werd – Zij die uit het Niets Verscheen, de Eerste en de Laatste en enige, die duizend jaar leefde – was ze gewoon een klein meisje in Iowa dat Amy heette.’ Opvallend is de benaming die aan het meisje wordt meegegeven: de Eerste en de Laatste. De Bijbelse Alpha en Omega. Zie hiervoor het Bijbelboek Openbaring 1: 11 waar deze woorden letterlijk vandaan komen. De indruk wordt gewekt dat ze een soort Jezus is. Een Messiasachtige verschijning. Hiermee is niet alleen de toon gezet, maar geeft het cachet aan de inhoud van het verhaal. Dat Amy deze rol met glans vervult, met inachtneming van haar kind-zijn, wordt duidelijk wanneer we verder in het verhaal komen.

Cronin laat in het hele boek door proeven dat hij Bijbelse kennis en inzichten heeft en die intiem verweeft in zijn verhaal dat verteld moet worden: ‘Vertel eens: geloof je in de almachtige God, Peter?’ (…) Niet echt, ik denk dat het gewoon een woord is dat mensen gebruiken. Nou, dat is jammer. Heel jammer. Want de God die ik ken? Die zou ons altijd nog een kans geven.’ De non Lacey, die in de begintijd de zorg voor Amy had, voelt aan dat het einde van de wereld nabij is en laat zich duidelijk inspireren door Psalm 3.

De oversteek is een dik boek, bijna 1000 bladzijdes. Het voelt aan qua papier en dikte als een Bijbel. Maar wat een inspirerend, onvergetelijk en stoer verhaal! Het is zo vlot geschreven, het kan haast geen belemmering zijn al die honderden pagina’s. De schrijver houdt zijn lezers uren in de greep van zijn waanzinnig mooie verhaal; een mix van diverse genres: fantasyliteratuur, thriller, avonturenroman en psychologische roman. Het is een groots epos van een grootse schrijver. Dit boek doet niet alleen denken aan De beproeving (film:The Stand, 1994) van Stephen King, maar gaat er stevig overheen: Dag King, welkom Cronin!

Oh ja, nog een ding: het verhaal. Waar gaat het over? Tja, als je nieuwsgierig genoeg gemaakt bent, weet je het…over 1000 pagina’s! Neem en lees!

 

 

 

Mitchell, David | Doorgang

Mitchell, David. DoorgangTijd is een belangrijk motief in de verhalen van David Mitchell. Tijd, of eigenlijk het spel met de tijd, het op losse schroeven zetten van de ijzeren wetten van de tijd. Wie die wet laat varen (wat binnen de kaders van een fictief verhaal natuurlijk prima kan), krijgt ineens vrijwel onbeperkte mogelijkheden. Mitchell deed het in De Tijdmeters, hij doet het opnieuw in Doorgang.

In 1979 bezoekt Nathan met zijn moeder het huis aan Slade Alley van een rijke gravin, dat nogal moeilijk te vinden is. Moeder mag er proefspelen op de piano, terwijl Nathan zich moet vermaken met de bijdehante zoon van de gravin. In 1988 gaat een agent op een verder onduidelijk onderzoek uit en stuit op een poortje in Slade Alley en gaat er naar binnen. In 1997 besluit een groepje studenten, geïntrigeerd door een oud politierapport uit 1988, op onderzoek te gaan in Slade Alley. Zo zijn er nog meer gebeurtenissen in 2006 en 2015. En bijna allemaal met eenzelfde afloop: er verdwijnt iemand in de coulissen van de tijd. Meer wil ik er eigenlijk niet van zeggen om de plot niet weg te geven, maar het zit erg ingenieus in elkaar.

Mitchell blinkt uit in het neerzetten van geloofwaardige personages en omgevingen. Er zijn weinig schrijvers die zo goed een wereld kunnen oproepen waar je in gelooft, waarbij de kilte langs je ruggengraat strijkt of de zon op je huid brandt. Het maakt dat hij als geen ander in staat is je mee te slepen in een andere wereld, waar niets is zoals je het gewend bent en waardoor de gebeurtenissen onder je huid kruipen en nog lang in je dromen meegaan.

Prachtig ook om te zien hoe Mitchell bouwt aan een oeuvre. Personages uit Tijdmeters spelen ook weer een (bij)rol in Doorgang. Het doet denken aan de reeks De donkere toren van Stephen King. Dat Mitchell Stephen King hoog heeft zitten, mag blijken uit het feit dat hij hem vereert met een vermelding in zijn boek. Maar ook zonder die vermelding is de gelijkenis tussen de schrijvers treffend: het loslaten van natuurwetten, de betoverende sfeerbeschrijvingen, de personages die uit het boek breken, de smeuïge dialogen, de continue verkenning van het kwaad: het is zo herkenbaar.

Jammer dat Mitchell altijd wel een personage invoegt dat grof in de mond is. En niet iedereen is dol op het spel met de natuurwetten, wat natuurlijk als magie kan worden uitgelegd. Maar ik moet toegeven: voor mij is dit guilty pleasure.

Baldacci, David | The Finisher

the finisherWanneer je denkt aan het genre fantasy en aan de doelgroep Young Adult (14+) doemt de naam van David Baldacci niet snel aan de leeshorizon op. De veelschrijver van zeer spannende en veel gelezen thrillers voor volwassenen waagt zich aan dit genre.  De conclusie luidt: schoenmaker blijf bij je (thriller)leest!

Aan ‘het jasje’ ligt het zeker niet. Een prachtig ogend boek neem je ter hand. Uitstraling heeft het zeker en een zekere ‘suspense’ straalt dit boek wel degelijk uit. Maar de vorm zegt in dit geval weinig over de inhoud.

‘Wat zou jij doen als je ontdekte dat alles waar je ooit in geloofde niet waar was? Wat als alles mogelijk was, zelfs het onmogelijke?’ De achterflap belooft veel goeds. Helaas worden deze vragen maar matig beantwoord. Gelukkig komt er dan ook een vervolg waar de lezer vast meer antwoorden krijgt, dan de vragen waar hij nu mee blijft zitten aan het eind van dit verhaal.

Vega Jane, de hoofdpersoon uit dit boek, is een meisje van 14 jaar. Ze is getuige van de ontsnapping van Quentin Hermes. Hij verdwijnt in het moeras. Wanneer blijkt dat hij een merkwaardige kaart voor Vega heeft achtergelaten, gaat zij op onderzoek uit. Hermes beschrijft in een geheimzinnig boek een wereld vol vreemde, mysterieuze wezens. Is er dan toch een andere wereld voorbij het moeras? Maar…er is nog nooit iemand teruggekeerd. Op zoek naar een beter leven dan dat ze nu leidt in het armoedige dorp Bitterbos en op jacht naar de ultieme waarheid die haar kan vrijmaken van de haar bekende wereld, waagt Vega zich met gevaar voor eigen leven in een vage zoektocht met vage mensen en wezens, meer mensen om zich heen verliezend dan dat ze wint.

De hamvraag is: wat bezielt Baldacci om een dergelijke ‘fantasystory’  voor jongeren te schrijven? En misschien nog wel belangrijker: zit de lezer nog wel te wachten op eenzelfde verhaal als The Hunger Games (Suzanne Collins) en Divergent/Insurgent (Veronica Roth)? Het lijkt een hype te zijn waar een beetje gerenommeerde auteur zich aan durft te wagen of zich eraan brandt…Het antwoord is minder spannend dan de vraag stellen…

Eerlijk is eerlijk, het boek kent een interessante ondertitel, mooie motto’s van Lewis Carroll en J.R.R. Tolkien en een van de auteur zelf waarin hij de lezer waarschuwt en ‘bedreigt’ en kent leuk gevonden hoofdstukaanduidingen met bijzondere titels. En toch…het verhaal komt zeer moeizaam op gang, is veelal voorspelbaar, kent verschillende vreemde karakters en benamingen (wat het lezen niet vergemakkelijkt in eerste instantie) en eindigt te abrupt. Pas echt op het eind kom je als lezer er goed in en leef je intens mee met Vega Jane. Het taalgebruik is ronduit slecht. Er staan veel vloeken in. Jongeren, de doelgroep immers, hoeven hier niet mee geconfronteerd te worden. Baldacci heeft een poging gedaan om een Narnia-achtige setting te creëren  en een spannend verhaal a la Harry Potter te schrijven, maar hierin is hij niet geslaagd. Baldacci is gewaarschuwd: schoenmaker, blijf bij je leest!