Zeg me wat je leest en ik vertel je wie je bent

identificatieWie heeft er nou nog nooit emoties gevoeld bij het lezen van een boek? Wie heeft er niet gehuild bij Peerke en z’n kameraden (W.G. van den Hulst), toen Peerke huilend moest vertellen dat hij geen benen meer had? Wie heeft zich niet bescheurd van het lachen om bijvoorbeeld Beekman en Beekman (Toon Kortooms), die het altijd zo weten te manoeuvreren dat de arme Hendrik van Ham de klappen opving die zij verdienden?

Hoe kan dat nou, dat een boek zoveel in je losmaakt, dat een goed verhaal je niet koud laat en emoties in je oproept als ware het dat de gebeurtenissen je zelf overkomen of dat je er ooggetuige van bent? Een van de belangrijkste redenen is het proces van identificatie dat optreedt bij het lezen.

Identificatie is een term die we kennen van de identificatieplicht. Als je jezelf moet identificeren, moet je aantonen dat jouw identiteit overeenstemt met de congruerende identiteit die bestaat in de boeken van de Nederlandse regering. Je laat zien dat de persoon die omschreven is dezelfde persoon is als de persoon die jij bent. In zekere zin is dat hetzelfde wat er gebeurt bij het lezen van een boek. Je identificeert jezelf met een personage in het boek. Je neemt voor de tijd van het lezen aan dat jij die persoon bent, dat jouw identiteit dezelfde is als die van het persoon uit het boek. Wat die persoon overkomt, overkomt jou, wat die persoon ziet, zie jij en wat hij ervaart, ervaar jij.

Dat proces moet optreden om van een boek te kunnen genieten. Hoe vaak gebeurt het niet dat een lezer zegt: het boek kreeg me maar niet te pakken, ik heb het weggelegd. Of: ik moest de eerste 100 pagina’s door en toen kwam ik er echt in. Dat komt doordat het proces van identificatie niet of pas laat op gang komt. Als het proces echt niet op gang komt, dan wordt het lezen van een boek een opgave, die aanvoelt als corvee. Als het proces goed op gang komt, kun je je echt in een andere wereld wanen en de emoties ervaren die de persoon met wie je je hebt geïdentificeerd ook ervaart.

Uiteraard stelt de schrijver alles in het werk om identificatie te laten optreden en wil hij ook bepalen met wie je je identificeert. Vooraf zou je zeggen dat je je altijd identificeert met de persoon die qua karakter en overtuigingen het dichtst bij jou staat, maar een schrijver kan ook een misdadiger of een overspelig persoon aanreiken als identificatiefiguur. Hij laat je je eerst vereenzelvigen met dat personage en laat hem vervolgens handelen op een manier die je normaal gesproken zou veroordelen.

Dat zet de deur open voor een schrijver om je te laten nadenken over bepaalde spannende thema’s. In de volgende korte film bijvoorbeeld wordt dat schitterend zichtbaar.

Het verhaal gaat over een oude man, wiens kinderen een plekje voor hem en zijn vrouw hebben geregeld in een tehuis, waar hij helemaal geen zin in heeft. Hij is aan het eind van zijn leven, heeft al die tijd op een heerlijke, afgelegen boerderij gewoond en wil daar sterven. Je voelt zijn emotie, begrijpt zijn verlangens. De schrijver prijst de boerderij natuurlijk aan als paradijs en zet het tehuis weg als een vreselijke plek. Dan overlijdt zijn vrouw en de boer wil niets liever dan met haar eeuwig rusten. Normaal gesproken zou je suïcide afkeuren, maar doordat je zo’n eind met de schrijver (in dit geval de filmmaker) bent meegesleept en voorbereid, ben je ineens bereid om suïcide als een optie te gaan zien.

Een schrijver neemt je dus mee, bijna aan een onzichtbaar touwtje. Dat touwtje is niet onbreekbaar: als een schrijver niet zorgvuldig opbouwt of zijn hoofdpersoon al te grove handelingen laat uitvoeren, kan een lezer zich al te ongemakkelijk voelen en alsnog afhaken. Uiteindelijk leest dus iedereen het liefst het boek dat hem of haar het best past, en zo zegt datgene wat je leest ook veel over wie jij bent.

Wie bijvoorbeeld Blackstock, Thoene of Heitzman leest, is waarschijnlijk iemand die zoekt naar veiligheid en geborgenheid. Wie Grisham leest, identificeert zich graag met underdogs, intelligentie en snedigheid. Wie Lee Child leest, herkent zich eerder in moed en lichamelijke kracht. Het is een beetje generaliserend, maar je snapt het punt.

Is identificatie nou het enige argument om een boek te waarderen? Nee, natuurlijk niet. Mensen kunnen ook genieten van mooie zinnen, van fraaie natuurbeschrijvingen, van andere culturen. Ook een simpele reden als: ‘Ik ben eraan begonnen en nu maak ik het af ook’ kan een voldaan gevoel geven over een boek. Maar overdracht van emoties, dat hangt toch wel heel sterk samen met de mate waarin je jezelf kunt overgeven aan de gedachte dat het boek over jezelf gaat.

Beste boeken 2015

Aan het eind van het jaar komt de redactie van Boeken Bloggenderwijs uiteraard ook met een toplijstje van de beste en mooiste boeken die ze gelezen en gerecenseerd heeft in het afgelopen jaar. Voor de een wellicht een uitdaging, voor de ander een geweldige tip. Voor elk wat wils! Het is een heel afwisselend lijstje geworden. Klik gerust eens op een van de titels in het lijstje.

1. Hertmans, Stephan | Oorlog en terpentijn

2. Kok, Arie | Nachtmotet

3. Robinson, Marilynne | Lila

4. Borst, Hugo | Ma

5. Hollander, den Loes | Aangetast

6. Rosenberg, Joel C. | De ontsnapping

7. Fitzek, Sebastian | Passagier 23

8. Dicker, Joel | De waarheid over de zaak Harry Quebert

9. Hayes, Terry | Ik ben Pelgrim

10. Catton, Eleanor | Al wat schittert

Vloeken in boeken

‘Gij zult den naam des HEEREN uws Gods niet ijdellijk gebruiken; want de HEERE zal niet onschuldig houden, die Zijn naam ijdellijk gebruikt.’

Dit gebod zal elke christen onverkort erkennen en waar mogelijk in zijn leven eerbiedigen. Als het gaat om de woorden die hij zelf uitspreekt, is dat over het algemeen goed te doen. Vloeken voegen niks toe in een normaal gesprek en als het al nodig is om woorden kracht bij te zetten, dan hebben we een heel arsenaal aan onschuldige alternatieven.

csm_Bond-tegen-Vloeken_46f653c63bDe vraag waar veel christenen wel mee worstelen is de vraag in hoeverre ze zichzelf bezondigen als ze bloot worden gesteld aan een vloek. Elke christen zal de moeilijkheid van het moment herkennen: je hoort iemand vloeken en je vraagt je af of je er nu onversaagd op moet duiken en de vloeker terecht moet wijzen, of dat je beter op een tactisch moment en wellicht na herhaaldelijk vloeken met zo iemand onder vier ogen in gesprek gaat. Het eerste kan immers voor nog meer woede en vloeken zorgen, maar het tweede komt er wellicht nooit van. In elk geval zal op een christen de vloek een schokkende uitwerking hebben en hij zal er voor zichzelf zeker afstand van nemen. Zie de site van de Bond tegen Vloeken voor meer info.

Maar nu over boeken, want daar gaat het op onze website over. Het kan zijn dat je een boek ter hand neemt, dat je met plezier leest, maar op pagina zus en zoveel staat opeens een vloek. Misschien een bastaardvloek, misschien voluit, maar er staat een vloek. Wat doe je dan? Doorstrepen?  Zeker als het gaat om een eigen exemplaar zijn veel mensen gewend een vloek onleesbaar te maken. Een kleine daad van verzet en je weet dat je die specifieke vloek in dat boek in elk geval niet meer onder ogen krijgt. Maar dit is lang niet altijd mogelijk. Er zijn voorbeelden bekend van bibliotheekboeken die met allemaal type-ex erin werden ingeleverd, maar de bieb wordt daar zeker niet blij van. En het kwaad is al geschied: de vloek is aangekomen.

Je kunt ook besluiten een boek niet verder uit te lezen. Je sluit je dan verder af voor de mogelijkheid opnieuw met een vloek geconfronteerd te worden. Maar ja, misschien was het wel de laatste vloek in dit boek en staat er in het volgende boek dat je leest wel juist nog een.

Veel mensen besluiten dan maar uitsluitend boeken van christelijke uitgeverijen te lezen. De kans dat ze daarin een vloek tegenkomen, is nihil. Toch is dat ook wat kortzichtig: je beperkt je daarmee enorm, want alle uitstekende boeken zonder vloeken die bij een niet-christelijke uitgever zijn verschenen vallen dan buiten je blikveld. En niet zelden heb ik een boek gelezen waar ik vierkant achter de strekking kon staan, maar toch werd geconfronteerd met vloeken. Het zwijgen van Maria Zachea van Judith Koelemeijer, om er maar eens een te noemen.

Dan is er nog de redenering dat een vloek in een boek in een bepaalde context wordt gedaan. Als de slechterik van het verhaal vloekt, dan past dat binnen de realiteit. Zeker serieuze romans, waarin een natuurgetrouwe dialoog wordt nagestreefd, gebruiken vloeken om maximaal realisme te bereiken. Nog steeds niet goed, maar wel verklaarbaar en ook binnen de kaders van het boek veroordeeld.

Een ieder besluite voor zichzelf hoe hij er mee om wil springen. Ik neem aan dat elke christelijke lezer afstand neemt van elke vloek die hij onder ogen krijgt, maar dat het handelen vervolgens kan verschillen. Op Boeken Bloggenderwijs waarschuwen wij de lezer voor de aanwezigheid van vloeken en andere onbijbelse zaken. Hieronder de categorieën uitgewerkt:

  • Geen opmerkingen: volgens ons geen noemenswaardige opmerkingen.
  • Functioneel grof taalgebruik: grof of plat taalgebruik dat binnen de context van het boek impliciet of expliciet wordt veroordeeld, maar dat is gebezigd om een hoge mate van realisme na te streven.
  • Onnodig grof taalgebruik: grof of plat taalgebruik dat binnen de context van het boek niet wordt veroordeeld, en in geen enkel opzicht bijdraagt aan de kwaliteit van het verhaal.
  • Vloeken: oneerbiedig gebruik van de naam van God.
  • Bastaardvloeken: afgeleiden van de naam van God worden gebruikt.
  • Bevat expliciete erotiek: bevat expliciete erotiek, waarbij seksuele handelingen expliciet worden beschreven of het menselijk lichaam vanuit erotisch oogpunt wordt geobjectiveerd.

Over winnaars en verliezers

eciNederland kent het enorme aantal van 120 literatuurprijzen! Dat zijn alle prijzen die landelijke bekendheid genieten, dus alle prijzen die in kleiner verband worden georganiseerd, zitten hier nog niet eens bij. De prijzen die de meeste media-aandacht genieten zijn de NS publieksprijs, de ECI literatuurprijs (beter bekend als AKO literatuurprijs) en de Libris literatuurprijs. Prijzen die de meeste status toegekend worden zijn de P.C. Hooftprijs en de Prijs der Nederlandse letteren. Winnaars in 2015 van de respectievelijke prijzen zijn Joris Luyendijk met Dit kan niet waar zijn, Jeroen Brouwers met Het hout, Adriaan van Dis met Ik kom terug, Marta Heesen (oeuvreprijs) en Remco Campert (oeuvreprijs). Voor thrillerliefhebbers is er sinds 1986 De gouden strop, die in 2015 werd gewonnen door Jo Claes.

goudenstropDit roept de vraag op waarom er zoveel prijzen worden uitgereikt. Het meest voor de hand liggende antwoord is: aandacht. Elke prijs genereert aandacht voor het prijswinnende boek en in het gunstigste geval ook nog voor de shortlist. Dat veel van deze aandacht domweg wordt gekocht, maakt dan even niet uit. Dat de objectiviteit ook wel wat twijfelachtig is, geeft ook niet. De ECI literatuurprijs en de Libris literatuurprijs hebben grote sponsors die een belang hebben bij het stimuleren van lezen en zijn dus gebaat bij een winnaar die voor een groot publiek geschikt is. Uitgesproken christelijke boeken maken nauwelijks kans, net zomin als bijvoorbeeld een erg vernieuwende dichter. De NS wil zich graag afficheren met een mooie prijs, maar heeft niet de moeite genomen een serieuze jury in te stellen en laten het beoordelen van boeken gewoon aan de lezer over. Prijs voor de beste marketing, dus. Maakt allemaal niet uit: er is aandacht voor lezen, dus who cares!

ns-publieksprijs-2015De andere twee prijzen zijn serieuzer van aard. De P.C. Hoofdprijs wordt jaarlijks uitgereikt door de stichting P.C. Hooftprijs en er is geen grote sponsor in beeld (die er dan ook wel niet zal zijn, want commerciële sponsors willen meestal juist wel in beeld). Daarnaast is het een oeuvreprijs, waardoor er niet een heel duidelijke link is tussen de prijs en de verkoopcijfers van een boek. Hetzelfde geldt voor de Prijs der Nederlandse letteren, die door de Taalunie wordt uitgereikt. Dit eens in de drie jaar en de Taalunie is een organisatie die wordt gefaciliteerd door de overheid van alle landen waar de Nederlands de officiële taal is. Al met al misschien niet het meest effectief voor de boekhandel, maar wel een enorme stimulans voor de schrijvers.

Christelijke prijs

ok-libris-boekenleggerDe Nederlandse christelijke boekenwereld verenigt zich in de BCB, een platform dat christelijk uitgevers en boekhandels bijeenbrengt om de belangen van het christelijke boek te behartigen. Ook zij reikten tot voor kort prijzen uit: de publieksprijs voor het christelijk boek en voor kinderen Het hoogste woord. Beide prijzen zijn in 2015 niet uitgereikt. De publieksprijs zonder opgaaf van redenen (ze staan in elk geval niet op hun website) en het hoogste woord omdat de werkgroep was opgeheven. Daar wordt wel een doorstart aangekondigd voor 2016.

Wat een schril contrast met de seculiere boekenwereld. Die lijkt over te lopen van de prijzen, terwijl de christelijke boekenbranche er in 2015 geen één heeft uitgereikt. Op zoek naar een verklaring kom ik tot een aantal mogelijke verklaringen. Of de BCB is niet bij machte de prijs nog langer te faciliteren, maar aangezien dat iets zegt over haar bestaansrecht hoop ik voor hen dat deze verklaring niet klopt. Of de prijs genereerde niet de aandacht die men ervan verwachtte, maar ook dat is geen reden om er mee te stoppen, want elke aandacht is welkom, ook kleine beetjes. En stoppen genereert ook aandacht, maar dan de verkeerde. De laatste verklaring die ik kan verzinnen beangstigt me het meest: de spoeling is te dun. Voor een serieuze prijs heb je meer dan één serieuze kandidaat nodig en als de opbrengst van een jaar lang boeken uitgeven te mager is om een goede prijsuitreiking te verantwoorden, dan kun je hm inderdaad beter niet uitreiken. Maar dat zou heel, heel erg zijn. Dat zou niet alleen betekenen dat we geen winnaar hebben, maar een grote verliezer: het christelijke boek.