Sexton Reid Sue | Het schoentje van Rosie

Sue Reid Sexton, het schoentje van Rosie

Sue Reid Sexton woont in Glasgow en werkte daar met oorlogsveteranen en mensen met andere trauma’s. ”Het schoentje van Rosie” is haar debuutroman.

Verhaallijn

Het is maart 1941. Het verhaal speelt zich af in Clydebank een klein industriestadje onder de rook van Glasgow. Lenny Gillespie is alleen thuis met haar 4-jarige zusje Rosie. Dan gaan de sirenes af, deze keer is het geen loos alarm en vallen er ontzettend veel bommen op de stad. Lenny en Rosie moeten naar de schuilkelder maar opeens is Rosie kwijt. Urenlang loopt Lenny te zoeken naar haar zusje. ’’Ik was kletsnat en mijn onderbroek schuurde tegen mijn benen. Ik had mijn vest strak om mij heengetrokken, rondgekeken op het station en overal haar naam geroepen. Geen Rosie.’’ Lenny maakt zich grote zorgen. Wat zal mama wel niet zeggen wanneer ze thuis komt. Want zij had op haar zusje moeten passen en nu is ze zoek in de steeds groter wordende vlammenzee. Dan is daar opeens meneer Tait hun overbuurman samen met Lenny’s juf. Zij ontfermen zich over Lenny, halen haar uit de vuurzee en nemen haar mee naar een klein dorpje een paar kilometer verderop. Daar zijn ze veilig, maar Rosie is nog steeds niet gevonden. Ze probeert meneer Tait over te halen terug te gaan naar Clydebank om Rosie te zoeken. Maar meneer Tait zegt dat het te gevaarlijk is. Ten einde raad gaat Lenny alleen terug naar Clydebank om in de puinhopen haar zusje te zoeken.

‘’Het schoentje van Rosie’’  is een aangrijpend verhaal. Soms zelfs zo aangrijpend dat ik even moest stoppen met lezen, omdat de gruwelijke verwoesting tot in detail beschreven word. Sue Reid sexton heeft het verhaal vanuit een 9-jarig meisje geschreven, maar toen ik aan het lezen was vond ik dat het meisje wel erg volwassen is in haar beleving. Dit doet niet helemaal recht aan het feit dat het om een kind van 9 jaar gaat. Daarnaast is het boek een beetje warrig, gebeurtenissen lopen heel snel in elkaar over zonder dat er dingen opgelost zijn. Tijdens het lezen was het soms lastig om dan bij te houden wat er allemaal gebeurde. Toch heeft Sexton met dit boek een krachtig verhaal geschreven en tegelijkertijd een stem gegeven aan alle andere kinderen die een bombardement hebben meegemaakt. Daarnaast laat ze iets zien van de veerkracht en het aanpassingsvermogen van een kind. Dat vind ik heel knap gedaan.

Sveen, Gard | De hitte van de hel

Gard Sveen (1969), auteur van het mogelijk bekende boek De doden hebben geen verhaal, komt nu met zijn tweede zeer spannende thriller: De hitte van de hel. Sveen is werkzaam als senior adviseur bij het Noorse ministerie van Defensie. Een interessante job die hij blijkbaar goed weet te combineren met het schrijven van een spannende thriller.

Sveens tweede thriller gaat opnieuw over inspecteur Tommy Bergmann, hij treft op een donkere avond vlak voor de kerstdagen van 1988 een lichaam aan op een verlaten terrein, een donker bos ver weg van de bewoonde wereld. Het is het lichaam van Kristiane Thorstensen, dochter van Elisabeth en Per-Erik. Het moment dat Tommy het slechte nieuws moet brengen bij de ouders wordt hartverscheurend beschreven: pijnlijk, gedetailleerd, gevoelvol. De proloog eindigt met dit beeld. Deel 1 speelt zich af in november 2004, opnieuw Advent. Opnieuw de donkere dagen voor Kerst. En weer wordt er een lichaam gevonden, nu dat van een zwaargewonde prostituee. Bergmanns herinneringen gaan terug in de tijd. De modus operandi lijkt op die van de moord in 1988. De verwondingen van de jonge vrouw lijken namelijk verschrikkelijk veel op die van de slachtoffers van destijds, slachtoffers van seriemoordenaar Anders Rask. Echter, deze zit opgesloten in een van de zwaarst beveiligde tbs-klinieken van het land.

Dan neemt de moeder van een van de slachtoffers van destijds contact op met de politie. Zij beweert dat de dader van toen niet Rask is, maar iemand anders. En zij weet wie…

Gard Sveen houdt het boeiend van de eerste bladzijde tot de laatste in De hitte van de hel. Vol sfeer, spanning en psychologie. Een thriller waarin alles klopt. Alles past. Alles op zijn plaats valt. En met een einde waar de vonken vanaf spatten. Eerlijk is eerlijk, voor de oplettende thrillerfan en diehard speurder is het einde niet helemaal onverwacht. En ook niet helemaal origineel. Toch is het een thriller die je op het puntje van je stoel bezet houdt.

Aandacht voor wezenlijke vragen en diepgaande bezinning tref je ook aan bij Sveen: ‘Welke god had zo’n wereld kunnen scheppen? Die vraag stelde Elisabeth Thorstensen zichzelf. De wereld was zo verdorven, zo gemeen en onbegrijpelijk dat het bestaan ervan op zich al bewees dat er geen god bestond. Dat wist ze al sinds ze negen was, maar elke keer voelde dat inzicht weer een beetje zwaarder.’ Het is deze vraag en andere waarom-vragen die ruimte bieden voor reflectie. Jammer genoeg is het antwoord, zoals blijkt uit het verhaal, er een van diepe duisternis, zwart als de hel. Er gloort ondanks Advent en de naderende kerstdagen geen licht aan de horizon.

Cronin, Justin | De oversteek

De ‘Justin Cronin-bijbel’ is bijna gereed. In januari 2017 zal deel 3 verschijnen: De stad van spiegels. Met dit boek zal zijn Oversteek-trilogie af zijn. 3 delen goed voor ruim 2200 pagina’s. Ga er maar aan staan! Justin Cronins dochtertje wilde dat pappa een boek zou gaan schrijven met in de hoofdrol een meisje. Dat is gebeurd. Met het schrijven van deze recensie waan ik me opnieuw in de surrealistische en (post)apocalyptische wereld voor, tijdens en na de uitbraak van een enorm dodelijk virus. Hier de neerslag van het lezen van zijn eerste boek uit de trilogie: De oversteek. (2010)

In De oversteek staat voorin aan wie Cronin zijn boek opdraagt: ‘Voor mijn kinderen, geen nare dromen.’ Om op de volgende bladzijde met deel 1 van dit boek te starten: ‘De ergste nachtmerrie van de wereld’. Een grotere tegenstelling is niet denkbaar. Cronin sust de lezer in eerste instantie bijna in slaap met zijn ‘opdracht aan’ om vervolgens genadeloos toe te slaan met de ‘ergste nachtmerrie’. De toon is gezet, de lezer kan aan het werk! Cronin opent het eerste hoofdstuk met een literaire omlijsting, namelijk met Sonnet 64 van William Shakespeare. Ik citeer het eerste stukje: ‘Zie ik, hoe fel de hand des Tijds de pracht / En praal verdierf van lang begraven tijd, / Hoe trotsche torens zijn ten val gebracht.’

Het lieve kleine meisje, Amy Harper Bellafonte ( hoofdpersoon), wordt direct geïntroduceerd door de auteur: ‘Voordat ze het Meisje zonder Verleden werd – Zij die uit het Niets Verscheen, de Eerste en de Laatste en enige, die duizend jaar leefde – was ze gewoon een klein meisje in Iowa dat Amy heette.’ Opvallend is de benaming die aan het meisje wordt meegegeven: de Eerste en de Laatste. De Bijbelse Alpha en Omega. Zie hiervoor het Bijbelboek Openbaring 1: 11 waar deze woorden letterlijk vandaan komen. De indruk wordt gewekt dat ze een soort Jezus is. Een Messiasachtige verschijning. Hiermee is niet alleen de toon gezet, maar geeft het cachet aan de inhoud van het verhaal. Dat Amy deze rol met glans vervult, met inachtneming van haar kind-zijn, wordt duidelijk wanneer we verder in het verhaal komen.

Cronin laat in het hele boek door proeven dat hij Bijbelse kennis en inzichten heeft en die intiem verweeft in zijn verhaal dat verteld moet worden: ‘Vertel eens: geloof je in de almachtige God, Peter?’ (…) Niet echt, ik denk dat het gewoon een woord is dat mensen gebruiken. Nou, dat is jammer. Heel jammer. Want de God die ik ken? Die zou ons altijd nog een kans geven.’ De non Lacey, die in de begintijd de zorg voor Amy had, voelt aan dat het einde van de wereld nabij is en laat zich duidelijk inspireren door Psalm 3.

De oversteek is een dik boek, bijna 1000 bladzijdes. Het voelt aan qua papier en dikte als een Bijbel. Maar wat een inspirerend, onvergetelijk en stoer verhaal! Het is zo vlot geschreven, het kan haast geen belemmering zijn al die honderden pagina’s. De schrijver houdt zijn lezers uren in de greep van zijn waanzinnig mooie verhaal; een mix van diverse genres: fantasyliteratuur, thriller, avonturenroman en psychologische roman. Het is een groots epos van een grootse schrijver. Dit boek doet niet alleen denken aan De beproeving (film:The Stand, 1994) van Stephen King, maar gaat er stevig overheen: Dag King, welkom Cronin!

Oh ja, nog een ding: het verhaal. Waar gaat het over? Tja, als je nieuwsgierig genoeg gemaakt bent, weet je het…over 1000 pagina’s! Neem en lees!

 

 

 

Minier, Bernard | Verduistering

Een lawine die over je heen dendert, een rollercoaster waarin je voortdurend heen en weer wordt geslingerd. Ik zou meer superlatieven kunnen vinden…Maar man, wat een geweldig goed boek! Oke, de clichés zijn niet van de lucht. Maar ik maak graag een uitzondering voor dit boek: Verduistering. Geschreven door de Franse schrijver Bernard Minier (1960). Hij groeide op in de Pyreneeën, werkte als douanebeambte en droomde van een bestaan als schrijver. Het is hem gelukt. En hoe!

Verduistering is prachtig opgebouwd. Het begint met een Ouverture, een proloog als het ware. Elk hoofdstuk dat volgt, heeft als titel een term uit de operawereld. ‘Ik heb altijd al van opera’s gehouden… Het is ongelofelijk hoeveel opera’s over zelfmoord gaan. Maar jouw probleem is dat je te veel waarde aan het leven hecht.’ Zo laat Mila, een van de belangrijkere bijpersonages, weten aan Christine (hoofdpersonage). Knap bedacht! Is er ook een overeenkomst tussen titel en inhoud van het betreffende hoofdstuk? Lastig in te schatten wanneer je niet bekend bent met diezelfde muziekwereld. Maar het doet zeker geen afbreuk. Het geeft daarentegen een zekere extra geladenheid, een toegevoegd spanningselement. Het laatste hoofdstuk is getiteld Finale, het is duidelijk waar het op uitloopt. Een epiloog maakt het verhaal af.

De (spannings)opbouw van het boek is meesterlijk. Een fraaie en geheimzinnige twist helemaal op het eind nodigt uit tot een vervolg. Nog mooier zou zijn als de auteur geen vervolg schrijft, maar de lezer in het extreem ongewisse laat.

Waar gaat het boek over? Radiopresentatrice Christine Steinmeyer ontvangt op kerstavond een mysterieuze, onheilspellende brief waarin aangegeven wordt dat zij degene is die iemand heeft aangezet tot zelfmoord. In eerste instantie denkt ze dat het een grap is, weliswaar een lugubere. Ze vermoedt dat de brief verkeerd bezorgd is. Ze gaat op onderzoek uit. Maar dan gebeuren er zaken in haar leven, kleine en grote, die haar wereld volledig op de kop zetten. Ze is het slachtoffer van een extreem gewelddadige, gestoorde psychopathische stalker. Maar is ze de enige?

Verhaallijn twee: ex-commandant Martin Servaz, die in een psychiatrische instelling verblijft en herstellende is van zijn avonturen uit voorafgaande boeken, ontvangt een envelop met daarin een sleutel van een hotelkamer waar een jaar eerder een gruwelijke moord is gepleegd. Of was het zelfmoord? Servaz pakt de spreekwoordelijke handschoen op en start op eigen houtje een onderzoek naar de raadselachtige (zelf)moord.

Minier weet met Verduistering de diepste angsten van de lezers omhoog te halen. Hij doet dit op stijlvolle wijze: langzame zinnen soms, afgewisseld met korte, snelle dialogen. De schrijfstijl is hier en daar poëtisch, met veel beeldspraak erin.

‘Uit het holst van de nacht en de diepste slaap komen stemmen omhoog die we liever nooit horen. Het lijken herinneringen aan de angsten uit onze jeugd toen elk voorwerp, iedere vorm in de kamer, als het licht eenmaal uit was en de deur dicht, in een monster kon veranderen, toen we, diep in ons bed – die reddingsboot op de verontrustende golven van de nacht – ons zo bewust waren van onze kwetsbaarheid en kleinheid. Die stemmen herinneren ons eraan dat de dood bij het leven hoort en dat de vergankelijkheid nooit ver weg is. Dat alle muren die om ons heen bouwen nauwelijks sterker zijn dan het strooien en houten huis uit het sprookje van De drie biggetjes.’

Op geraffineerde wijze verbindt hij ruimtevaart, stalking en psychologie met elkaar. Naar adem happend verslind je bladzijde na bladzijde. Om uiteindelijk met opgeheven hoofd uit de ‘sneeuwbergen’ tevoorschijn te komen.

Clancy, Tom & Grant Blackwood | Onder vuur

Tom Clancy - Onder vuurTom Clancy heeft tientallen boeken op zijn naam staan. Het zijn boeken die veelal draaien rondom de thematiek van de koude oorlog. Er worden hoge politieke spelletjes gespeeld en Jack Ryan (nota bene de zoon van de president) raakt er steevast bijna toevallig in verzeild. Zo ook in de laatste vertaalde thriller van Clancy (die al niet meer leeft, de formule wordt uitgewerkt door schrijvers die in zijn naam en stijl werken): Jack Ryan is in Iran en ontmoet een oude schoolvriend. Die geeft hem heel subtiel aanwijzingen, maar nog voor Ryan besloten heeft er iets mee te gaan doen, wordt hij aangesproken door twee mannen die hem ondervragen. Het blijkt dat zijn vriend Seth in een staatsgevaarlijk plan is terechtgekomen en zijn hulp goed kan gebruiken.

Jack is helemaal niet van plan zich in het gedoe te mengen, maar als hij door twee mannen onder druk wordt gezet om vooral zijn vriend te verraden, omdat die tot over zijn oren in een landverraad zou zitten, besluit hij dat hij er meer van wil weten. Vervolgens wordt hij in het appartement van Seth overvallen door twee andere mannen, die hem vervolgens meenemen, maar Jack springt uit de rijdende bus. Vervolgens wordt hij opgepikt door een vrouw die op zoek is naar Seth, omdat ze een informant van hem is, maar ook omdat ze een uit de hand gelopen flirt met hem heeft gehad. Zo zijn na dertig pagina’s alle ingrediënten voor een snelle thriller in stelling gebracht.

Uitmelken

Het is typisch voor een formule die uitgemolken wordt. De geestelijk vader ervan is zoals gezegd al overleden, maar met verschillende schrijvers die in de stijl van Clancy blijven, wordt het succes verder gerekt. Het eerste slachtoffer dat in al dat schrijfgeweld valt, is de realiteitszin. Hoewel er handig voor is gekozen de zoon van de oorspronkelijke Jack Ryan (die nu president van Amerika is), Jack Ryan jr., in stelling te brengen, blijft het toch wat onecht aanvoelen dat deze zoon zomaar zijn gang kan gaan en nooit ergens als de zoon van herkend wordt. Daarbij raakt hij steeds per ongeluk betrokken bij gebeurtenissen die van wereldschokkende aard zijn. Maar wie bereid is de grenzen van de werkelijkheid wat te verleggen en gewoon op zoek is naar een heldhaftig verhaal, is bij Jack Ryan aan het goede adres.

Seth lijkt inderdaad gecorrumpeerd in een staatsgreep, maar Jacks vertrouwen in zijn vriend maakt dat hij Seths beweegredenen doorgrondt en erachter komt dat Seth zelf ook weer een pop aan andermans touwtjes is. Origineel is het niet, vermakelijk wel.

Kamp, Elly | Ferdinand en Johanna

publication-633

Wie Bordewijk zegt, zegt Bint. En Karakter. Voor de literatuurliefhebber en de bovenbouw HV-scholier zijn het geen onbekende namen: Katadreuffe en Dreverhaven, Bint, De Bree, Klotterbooke en Te Wigchel. Welkom in de Hel…Neerlandica Elly Kamp schreef een biografie over het leven en werk van Ferdinand Bordewijk. Bijzonder is dat het hier gaat om een dubbelbiografie, want ook het muzikale leven en werk van zijn iets minder bekende vrouw Johanna Bordewijk- Roepman (componiste) wordt beschreven.

Kamp beschreef in een eerder werk al het leven van het echtpaar Bordewijk en publiceerde reeds over een andere bekende literaire grootheid: Willem Frederik Hermans.
Kamp stelt in haar voorwoord de vraag wie de man is achter het werk. Wat weten we nu van de persoon Ferdinand Bordewijk? Wie is zijn vrouw? Was zij de klassieke vrouw achter de schrijver, of was er meer? Op grond van gedegen onderzoek en gestoeld op minutieus archiefonderzoek is Kamp erachter gekomen dat zij echt een persoonlijkheid was. Een vrouw met een eigen carrière.

Bordewijks schrijven was een liefhebberij voor hem. Hij schaamde zich zelfs een beetje, maar tegelijk was de drang om te schrijven erg groot. Hij kon het gewoon niet laten. Nadat Elly Kamp zich had verdiept in het leven van Bordewijks vrouw kwam ze erachter dat zij de sleutel zou kunnen zijn voor het beter begrijpen van de schrijver Bordewijk. Haar leven was een studie op zich waard. Vandaar deze dubbelbiografie. Het doel: antwoorden geven op vragen en laten zien dat Ferdinand en Johanna emotionele en eigenzinnige mensen waren, die dankzij hun talent en ambitie bijzondere kunstenaars werden.

Het doel is ruimschoots gehaald: een prachtige, vuistdikke en gedetailleerde biografie ligt er. Kamp heeft antwoorden gegeven en aangetoond dat meneer en mevrouw Bordewijk de personen waren die ze vermoedde. Ze laat op een stijlvolle wijze zien hoe Ferdinand en Johanna elkaars tegenpolen waren en elkaar haarfijn aanvulden; zowel privé als in hun werk.

‘Zij (interviewers, red.) zagen naast een geremde, afstandelijke en argwanende man een aardige, charmante, spontane vrouw. Met haar opgewekte optreden was ze het tegendeel van een man die somberheid uitstraalde. Humor hadden ze beide, al uitte zich dat bij Johanna in een spontane lachbui, en vangen we bij Ferdinand niet meer op dan een glimp van een glimlach.’

Uitgebreid beschrijft Kamp in hoofdstuk 6 de roman Bint. Het maakte Bordewijk bekend en berucht. Kritiek en applaus levert het hem op. Maar wat is nu het thema? Wat schuilt er ten diepste achter het verhaal Bint? Is er sprake van bewondering voor het fascisme en nationaal-socialisme? Bint verscheen in 1934: de opkomst van Hitler en het nationaal-socialisme.  

‘Tegelijk is ‘de school van Bint’ een symbool geworden. Het staat voor een strenge, rechtlijnige pedagogie die een voorbeeld kan zijn voor het huidige onderwijs met zijn tekort aan gezag en teveel aan begrip voor de leerlingen. Niet dat dit regime moet worden overgenomen, maar een beetje meer Bint zou geen kwaad kunnen menen velen.’

Dit hoofdstuk, evenals de bespreking van andere werken van Bordewijk in een deel van het boek, schreeuwt erom grondig gelezen en bestudeerd te worden. Een heldere literatuurlijst, intrigerend fotomateriaal en verwijzingen achterin dit boek maken deze dubbelbiografie af. Chapeau!

Eerder gepubliceerd op: www.Hebban.nl

Weber, Felix | Tot stof

In Tot stof vertelt auteur (pseudoniem) Felix Weber een op zich interessant verhaal. De uitwerking ervan valt tegen.

Verzetsstrijder Siem Coburg woont op een afgelegen woonboot. Hij heeft zich uit het ‘gewone’ leven teruggetrokken. Na de dood van zijn geliefde Rosa heeft hij zich van de wereld afgekeerd. Dan wordt hij in 1949, enkele jaren na de Tweede Wereldoorlog, opgezocht door een boer die hem tijdens de oorlog heeft gered. Coburg ontkomt er niet aan, hij staat immers in het krijt bij deze boer, en gaat op onderzoek uit. Het gehandicapte kleinkind van de boer, verblijvend in een Rooms- Katholiek internaat voor geestelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen, is onder zeer verdachte omstandigheden om het leven gekomen. Wanneer Siem Coburg vertrekt naar Limburg om de zaak te onderzoeken en zijn oor te luister legt bij de inwoners van het dorp waar het internaat onder valt, blijken de mensen liever te zwijgen dan te spreken. Dan ontdekt Coburg dat de ene na het andere kind onder verdachte omstandigheden sterft. Daarop keren de geestelijken en de inwoners van het dorp zich tegen de nieuwsgierige buitenstaander.

Hier gaat het wat mij betreft mis. De zaak blijft vaag, de inwoners keren zich zeker niet massaal tegen Siem, en er is een geestelijke die het op zijn zachtst gezegd niet waardeert dat Siem eventuele misstanden aan de kaak wil stellen. Ik moet eerlijk zeggen dat de flaptekst spannender oogt dan het verhaal zelf is. Van een regelrechte thriller is zeker geen sprake. Het verhaal over de verdachte sterfgevallen in het internaat en de psychische gevolgen voor Siem na de vreselijke gebeurtenissen in de oorlog vind ik matig uitgewerkt. Het verhaal zelf leest prima, vlot.

Er zijn passages in het boek die je zeker stimuleren tot bezinning. Bijvoorbeeld de toestand van de gehandicapte kinderen: is dit een straf van God of niet?  ‘Ik heb er lang mee geworsteld, maar dit is geen straf van God. We moeten accepteren dat er voor dit lijden geen verklaring is, het is volstrekte willekeur. het is wreed zonder dat we een schuldige kunnen aanwijzen. Wat zou God met een dergelijk zinloos lijden te maken kunnen hebben? Mijn God niets. En die van jou, Anselmus?’

Broeder Felix, een van de geestelijken in het internaat, is opgenomen geweest in een kliniek. Dit vanwege zijn ervaringen in de Eerste Wereldoorlog. Hier tekende hij, een vorm van therapie: ‘Iets buiten mij heeft mij die kracht gegeven, en wat kon dat anders zijn dan het goddelijke. Dat alles bestuurt, een hogere macht. En wat kon die hogere macht anders zijn dan God? Hij heeft me doen tekenen, dacht hij. Hij heeft mijn hand gestuurd.’

Deze en andere passages in Tot Stof  geven de lezers stof tot nadenken.

 

Konar, Affinity | Mischling

afbeelding-mischlingBoeken over de Tweede Wereldoorlog, verzet, vervolging van joden en het leed in de concentratie- en vernietigingskampen zijn er in overvloed. Je zou zeggen: niets nieuws onder de zon met dit boek van Affinity Konar. Niets is echter minder waar, want in Mischling zien we het grote verhaal van het lijden teruggebracht tot het  unieke, intieme en persoonlijke verhaal van Perle en Stacha.

Perle en Stacha zijn een tweeling en hebben een gemengd Arisch-Joodse achtergrond. Samen met hun moeder en opa komen ze in 1944 in Auschwitz terecht waar dokter Josef Mengele zijn gruwelijke experimenten op gevangenen uitvoert.  Stacha en Perle zijn vanwege hun blonde haren en bruine ogen een interessant geval voor Mengele. Ze komen daarom als proefkonijnen in de zogenaamde ‘dierentuin’ terecht.

Konar verzwijgt de gruwelijkheden niet, maar de nadruk ligt vooral op de wijze waarmee Perle en Stacha proberen met alle pijn en verdriet om te gaan. Konar laat zien hoe ze elkaar steunen, zich verantwoordelijk weten voor elkaar  en zich zo nodig terugtrekken in hun eigen werkelijkheid.  ‘Je moest hier plannen smeden om te overleven, dat had ik al wel begrepen. Ik besefte dat Stacha en ik de verantwoordelijkheden goed moesten verdelen. […] Stacha zou het grappige, de toekomst en het kwade op zich nemen. Ik nam het verdrietige, het verleden en het goede.’ De totale werkelijkheid was te verschrikkelijk om te bevatten.

Je leest het verhaal afwisselend vanuit het perspectief van Stacha en Perle.  Konar weet de verschillen tussen beide zusjes knap weer te geven.  Ze geeft de meisjes hun eigen stem in het verhaal en laat zo zien dat de meiden van elkaar verschillen in de wijze waarop ze omgaan met hun ellende.

Op een gegeven moment  wordt Perle door Mengele meegenomen en verdwijnt volledig uit het zicht. Stacha is ten einde raad en sluit zich op in zichzelf. Ze kan echter niet geloven dat haar zusje, een deel van haarzelf, gestorven zou zijn. Vlak voor de bevrijding van Auschwitz wordt Stacha meegenomen op één van de zogenaamde dodenmarsen. Samen met  Feliks, eveneens helft van een tweeling, weet ze aan de aandacht van de bewakers te ontsnappen. Stacha en Feliks trekken samen verder en beginnen een dubbele zoektocht. Ze zoeken zowel  Perle als Mengele die ze willen doden om alles wat hij hun heeft aangedaan. Het verhaal heeft een verrassend einde waarmee Konar laat zien dat hoop en liefde het winnen van het ultieme kwaad waarmee Stacha en Perle geconfronteerd werden.

Mischling is een op ware feiten gebaseerd verhaal over de verschrikkingen in Auschwitz en tegelijkertijd een ontroerend verhaal over een tweeling die zo met elkaar verbonden is dat ze elkaars pijn kunnen voelen. Juist het feit dat het grote verhaal klein gemaakt wordt tot het verhaal van twee meisjes, zorgt ervoor dat het verhaal je raakt. Je kunt Mischling niet alleen lezen als een stukje geschiedenis dat nooit vergeten mag worden. Je raakt absoluut betrokken bij het leed van twee kinderen: Stacha en Perle.

Witemeyer, Karen | Voor geen goud

Karen Witemeyer, voor geen goud

Karen Witemeyer heeft een grote liefde voor Texas. Ze verhuisde er vanuit Californië naar toe om psychologie te gaan studeren aan de universiteit en is nooit meer teruggekeerd. Ze werd verliefd op het ruige Texaanse landschap, met de prachtige zonsondergangen en de nog altijd bestaande ‘pioniers-geest’ die we ook terug kunnen vinden in haar romans.  Ze heeft al een flink aantal romans op haar naam staan. ‘Voor geen goud’ is het eerste deel in de serie vrouwen van Harper’s Station.

Verhaallijn

Emma Chandler is de oprichtster van de vrouwenkolonie Harper’s station. Ze heeft de kolonie opgericht om een veilig thuis te kunnen bieden aan vrouwen in nood.  Emma is van mening dat vrouwen ook prima zonder de bescherming van een man kunnen. Toch moet ze al vrij snel haar mening bijstellen als een onbekende aanvaller uit is op goud wat volgens hem in de kolonie verborgen zit. Emma heeft de bescherming van een man nodig, anders zullen de vrouwen in de kolonie het niet overleven. Er is één man die ze voldoende vertrouwt om hem om hulp te vragen. Maar  ze weet niet of deze man wel bereid is om haar te helpen na alle gebeurtenissen in het verleden.

Malachi Shaw heeft na veel omzwervingen eindelijk zijn plek gevonden als explosievenexpert bij de spoorwegen. Hij is een man die zijn eigen boontjes weet te doppen en is tevreden met zijn bestaan. Als hij op een dag een telegram van Emma krijgt met de vraag of hij hen wil helpen de kolonie te beschermen, hoeft hij niet lang na te denken en laat zijn zorgvuldig opgebouwde leventje achter zich en gaat op zoek naar de vrouw uit het verleden om met haar te vechten tegen het kwaad. Helaas heeft hij er geen rekening mee gehouden dat Emma niet meer het kwetsbare meisje van vroeger is maar een sterke vrouw met een eigen wil. De vraag is of het Emma en Shaw lukt om het verleden achter zich te laten en samen zorg te dragen voor de veiligheid van Harper’s station.

‘voor geen goud’ is een perfecte mix van spanning, romantiek en wederzijds vertrouwen. Het boek zit vol verrassende wendingen, waarbij  vaak de vraag naar boven komt hoe het ooit allemaal goed moet komen.  Met  ‘voor geen goud’ heeft Witemeyer opnieuw bewezen dat ze het schrijven in haar bloed heeft. Trouwe lezers zullen zeker genieten van dit verhaal en uitkijken naar een nieuw deel van deze serie.

Craven, Tracy Leininger | Toch ben ik niet alleen

253661Zij kwamen vanuit Duitsland om een nieuw leven te beginnen in Amerika. Maar alles veranderde op die ene dag.Tracy Leininger Craven houdt van geschiedenis en het opnieuw vertellen van waargebeurde verhalen in de vorm van historische fictie. Toch ben ik niet alleen is hiervan een voorbeeld. Tracy is getrouwd en moeder van drie kinderen.

Barbara en Regina Leininger wonen samen met hun ouders en twee grote broers in het Amerikaanse Kolonisatiegebied tussen de Blauwe Bergen van Pennsylvania. Het godvrezende gezin leefde er in geluk en vrede, zelfs met de indianen. Tot op die ene dag. Barbara en Regina worden gevangengenomen door indianen. Barbara is blij dat zij Regina nog heeft. Maar ook zij wordt op een dag gescheiden van haar zus. Beide meisjes worden opgenomen in verschillende stammen. Barbara houdt stand in haar geloof in God en hoopt dat haar zusje hetzelfde zal doen. Barbara is vastbesloten haar zusje terug te vinden, maar als ze op een dag getuige is van een mislukte ontsnappingspoging slaan wanhoop en angst toe. Na een poosje vertelt Galasko, haar ontvoerder, dat zij binnenkort zullen trouwen. Hoe zou zij kunnen trouwen met iemand die niet in haar God gelooft? Hoe zal ze Regina ooit terug vinden als zij met hem trouwt? Zal ze überhaupt ooit ontsnappen? Er breekt een wanhopige tijd aan voor Barbara.

Duidelijk naar voren komt het thema in Toch ben ik niet alleen: het geloof. Doordat Barbara haar geloof vasthoudt, is zij niet alleen, ondanks dat ze van haar familie is gescheiden. Zij hecht veel waarde aan het geloof waardoor sommige situaties moeilijk zijn, ze zit immers bij indianen die hele andere goden en tradities hebben. Dat levert moeilijkheden op. Zij probeert dan echter te handelen zoals God dat van haar vraagt.

Toch ben ik niet alleen is een boek dat je aangrijpt. Vooral als je na gaat dat het is gebaseerd op een geschiedenis in het voorgeslacht van de auteur. Het boek is goed te lezen omdat het korte hoofdstukjes heeft en het boek zelf niet heel erg dik is. Als je er in begint en een paar dagen laten pas weer verder gaat is het niet moeilijk om weer in het verhaal te komen; een positief punt. Daarnaast kun je het boek ook zo uitlezen. In het boek zit een onverwachte wending wat het boek leuk maakt. Het is goed geschreven. Het boek is ook verfilmd. Bij beide kunnen de tranen in je ogen komen te staan! Een mooie geschiedenis. Het lezen waard.